|
Natuurlijke evolutie en leergemak
|
|
Aspecten van verandering in het Esperanto | Publikigita ĉe Horizon.taal |
Wim Jansen (geboren in 1948) was van 2002 tot 2008 docent en van 2008 tot 2013 bijzonder hoogleraar interlinguïstiek en Esperanto aan de Universiteit van Amsterdam. Bij het afscheid van zijn leerstoel in 2013 gaf hij een "afscheidscollege" niet voor zijn studenten (hoewel ook die aanwezig waren), maar voor de gasten, in het bijzonder sprekers van het Esperanto. Het thema van het college was "Natuurlijke evolutie en leergemak. Aspecten van verandering in het Esperanto."
Jansen schrijft dat het Esperanto meestal wordt beschouwd als een kunstmatige taal, maar dat hij die taal spontaner en met een gevoel van meer vrijheid gebruikt dan andere talen, zoals bijvoorbeeld het Engels dat 25 jaar lang zijn werktaal was, of het Italiaans dat bijna 40 jaar lang zijn tweede huistaal was.
Is die natuurlijkheidservaring van Esperantosprekers een valse illusie, vraagt hij zich af. In een aantal voorbeelden bewijst Jansen dat het Esperanto wel degelijk natuurlijk evolueert, een fenomeen dat de Esperantogemeenschap graag benadrukt. Dit fenomeen maakt echter ook de taal beetje bij beetje onregelmatiger. Hij schrijft: "De onaantastbaarheid van het taalfundament van 1905 was, denk ik nog steeds, een heel goede zet van Zamenhof, maar wat hij onderschat heeft, is de macht van de taalgemeenschap. Die heeft zich van het taalinstrument meester gemaakt en opereert autonoom, met of zonder een fundament."
Wie het afscheidscollege van Wim Jansen in extenso wil lezen, kan het bestellen in de webwinkel van de Vlaamse Esperantobond.
pp